BAZEL, EEN BUITENBEENTJE AAN DE ZWITSERSE RIJN


Een beetje Frans, een tikkeltje Duits en vooral heel Zwitsers: geklemd tussen het Zwarte Woud en de Elzas is Bazel een echt buitenbeentje. Vanuit het centrum rijden trams naar Frankrijk en Duitsland, er wordt een dialect gesproken dat zelfs voor andere Duitstaligen onverstaanbaar is en met carnaval gaat iedereen er door het lint. Maar Bazel is bovenal een stad met een rijke geschiedenis, een schat aan monumenten, charmante uithoekjes en een kathedraal die als een rode diva boven de stad uittoornt. 

St-Alban Tal, het 'Kleine Venetië van Bazel.

Bazel's Kleine Venetië. Bazel is een stad die je mits een kleine inspanning makkelijk al wandelend kan verkennen en daar hebben wij niet de minste moeite mee. Vanaf ons hotel zoeken we een short cut naar de Rijn en die zorgt bij het Sint-Albal-Tal al meteen voor een opwarmer van formaat. Deze groene wijk in de zuidoostelijke rand van Bazel is dooraderd met het oude Sint-Alban-Teichkanaal, wat het de bijnaam 'Klein Venetië van Bazel' opleverde. 
De Venetiaanse vergelijking gaat wat kort door de bocht vinden we, maar aan onvervalste charme heeft deze stille uithoek geen gebrek. 

Het laatste stuk Bazelse stadsmuur in Alban-Tal.

We vinken er onze eerste highlight af: de Basler Papiermühle, een door water aangedreven papiermolen die na 5 eeuwen nog prima werkt. De middeleeuwse charme van Sint-Alban-Tal wordt nog eens extra in de verf gezet door de  14e eeuwse Sint-Albanpoort. Deze statige poort is een van de drie overgebleven stadspoorten die ooit een onderdeel waren van de oude stadsomwalling van Bazel. Het laatste restje stadsmuur vinden we wat verder op de oever van Rijn.

"De Venetiaanse vergelijking gaat wat kort door de bocht, maar aan charme heeft Sankt-Alban-Tal geen gebrek."

De Mittlere Brucke, een monumentale highlight van Bazel.

Blikvanger van formaat. Net als de Seine voor Parijs, is de Rijn voor Bazel een bruisende levensader die de oude stad in tweeën splijt: het wat mondaine (Altstadt) Grossbasel en het meer volkse (Altstadt) Kleinbasel. We beginnen onze stadverkenning op de monumentale Mittlere Brücke die beide stadsdelen met elkaar verbindt. Gebouwd in de 13e eeuw, bleef ze na enkele aanpassingen in gebruik tot ze 1903 werd vervangen door de stenen boogbrug van vandaag. Pittig detail: Käppelijochhet romantisch ogend kappelletje in het midden van de brug, was niet alleen een plek van devotie, maar ook van spektakel: ter dood veroordeelden werden er met vastgebonden handen en voeten in de Rijn gekieperd. Wie het 800m ver, tot voorbij de stadsgrenzen, wist te overleven was weer vrij, maar werd onverbiddelijk verbannen. Het verhaal doet de ronde dat de zusters van het Klingental-klooster de ongelukkigen voorbij de stadsgrens uit het water visten en met wisselend succes reanimeerden.


Bazel stadhuis.

Een korte wandeling voert ons van de Mittlere Brücke naar Marktplatz waar we een blikvanger van formaat treffen: het Bazelse stadhuis. Blik-vangen doet het als de beste: het is niet alleen groot, maar ook opvallend rood met een overvloed aan subtiele details. Dit laatgotische monument werd opgetrokken in rode zandsteen, kort nadat Bazel zich in 1501 bij de Zwitserse Confederatie aansloot. In 1608 kreeg het een eerste extensie, de mooie toren werd in 1901 bijgebouwd. Om de gevel van het stadhuis in vol ornaat te bewonderen, moeten we naar de overkant van het marktplein wandelen. Opvallend zijn de rijkversierde klok met de godin Justitia uit 1511 en de vele fijne basreliëfs en fresco's, waaronder enkele van de bekende Bazelse schilder Hans Bock. 


Fresco's van de Bazelse schilder Hans Bock de Oude op het binnenplein van het raadhuis.

Op het mooie binnenplein van het stadhuis schilderde Bock enkele immense fresco's waarbij het stoere Luciusstandbeeld uit 1580 de wacht lijkt houden. Voor de dagelijkse rondleiding in het stadhuis zijn we te laat, maar dat is voor ons alvast een goeie reden om nog eens terug naar Bazel te trekken. Aan de overkant van het marktplein maken we een obligate stop bij Confiserie Schiesser, het oudste koffiehuis van Zwitserland (1870) waar Stephan Schiesser al de 5e generatie is die er gebak en chocolade maakt. Vanaf ons tafeltje op de eerste etage genieten we met lekkere chocolade (-melk) van het mooiste uitzicht op het stadhuis. Confiserie Schiesser is een must voor elke zoetekauw die Bazel bezoekt.

"Blik-vangen doet het Bazelse stadhuis als de beste: het is niet alleen groot, maar opvallend rood met een overvloed aan subtiele details."

De Apenfontein op Andreasplatz is één van de bekendste van Bazel.

Bazel in zakformaat. In schril contrast met de grandeur van Marktplatz, staat het nabijgelegen Andreasplatz waar enkele rode tegels het grondplan van de 1792 gesloopte Andreaskapel markeren. Het plein is een figuurlijke zakdoek groot, maar wat het mist aan omvang, compenseert het ruim met charme. De Affenbrunnen in het midden van het pleintje is één van de meest iconische fonteinen van Bazel. Het is genoemd naar het aapje dat bovenop de fontein in een buddhahouding wat gefrustreerd voor zich uit zit te staren. Misschien heeft het net als wij zin om neer te strijken op het verleidelijke terras van Ängel oder Aff waar we excellente Italiaanse koffie drinken tussen locals die - zelfs voor Duitstaligen - een onverstaanbaar dialect 'bazelen'. 

Het smalle Imbergässlein biedt uitzicht op twee generaties Bazelse torens.

Meer Bazel in zakformaat vinden we in het steile Imbergässlein bij het kleinste museum van Zwitserland: het Hoosesaggmuseum. Het dankt zijn naam aan de collectie waarvan de stukken vrijwel allemaal in een broekzak (hoossesagg) passen. Entree hoeven we er niet te betalen, omdat er simpelweg geen entree is: het museum is slechts een vitrine van 60 x 60cm in de deur van een historische pand. De eigenares, Dagmar Vergeat, begon als kind al met het verzamelen van o.a. kleine koeienbellen. Intussen heeft ze zoveel bric-à-brac vergaard, dat ze haar thematische collecties op gezette tijden wisselt. Nog in de Imbergässlein hebben we een uniek uitzicht op twee generaties torens: die van het raadhuis met pal erachter de Roche Tower, dat met zijn 205m het hoogste gebouw van Zwitserland is.  

"Andreasplatz is slechts een zakdoek groot, maar wat het plein mist aan omvang, compenseert het ruim met charme."

Spalenberg district.

Een dorp in een stad. Spalenberg, een van de mooiste wijken van Grossbasel, lijkt wel een dorp in een stad. De wijk leunt tegen de Bazelse universiteit aan, die in 1460 werd opgericht en daarmee de oudste van Zwitserland is. Slimme koppen als Nietzsche, Jung en Erasmus hebben er nog gedoceerd en ze leverde maar liefst 10 Nobelprijswinnaars af. Langs de universiteit loopt de Spalenbergstraat waar we een stevige stap terug in de tijd zetten. We struinen er door smalle, kronkelende straatjes die een mooi overzicht geven van meer dan 5 eeuwen Bazelse architectuur. Eén van de mooiste renaissancehuizen, het Spiesshof, zien we in de Heubergstraat. Met kleine designerboetieks, artisanale juweliers, antiquariaten, kunstgalerijtjes en zelfs een kerstwinkel die het hele jaar open is, is Spalenberg een must voor shopaholics. Allemaal zijn ze ondergebracht in de mooiste historische panden. Via Spalenberg wandelen we verder tot bij de Spalentor, één van de drie overgebleven stadspoorten die vandaag als de mooiste middeleeuwse poort van Zwitserland wordt beschouwd. 


Spalentor, de mooiste stadspoort van Zwitserland (b) - Gemsbrunnen (o).

Al z'n grandeur ten spijt, bleek Spalentor toch te smal voor de enorme Gemsbrunnenfontein die we bij Gemsberg zien. Het achthoekige bassin werd in 1861 uit één groot kalksteenblok gehouwen en over de Jura met 24 paarden naar Bazel getrokken. Eénmaal aangekomen bij Spalentor bleek het bassin te breed. Dan maar de stadsgracht dempen en een bres in de stadsmuur slaan om de fontein naar z'n huidige plek op de Gemsberg te sjouwen. Fonteinen lijken wel tot kunst verheven in Bazel. De stad heeft er meer dan 200 die ijveren om de mooiste te zijn. Overal vloeit er drinkbaar water uit. De Tinguelyfontein uit op Theaterplatz wist zelfs een plek in de top 9 van de bezienswaardigheden van Basel te veroveren. Hij werd in 1975 ontworpen door de Zwitserse kunstenaar Jean Tinguely op de plek van het oude stadstheater. De 10 bewegende, mechanische figuren verbeelden acteurs en dansers in een imaginair stuk waarvan geen twee voorstellingen hetzelfde zijn.

"Fonteinen lijken wel tot kunst verheven in Bazel. De stad heeft er meer dan 200 die ijveren om de mooiste te zijn."


Het Witte Huis in Rheinsprung (b) - Augustinerbrunnen met basilisk (o).

Een diva van een kathedraal. Langs de steile Rheinsprung (straat) lopen we door de oude universiteitswijk waar sommige bewoners duidelijk goed geboerd hebben. Zoals de broers Lukas en Jacob Sarasin, zijdefabrikanten die hier in de 18e eeuw twee statige herenhuizen lieten bouwen: Wendelstörfenhof en Reichensteinerhof, beter bekend als het Witte en Blauwe Huis. Eenmaal per maand zetten ze hun deuren open en kan je deze barokke stadspaleizen ook vanbinnen bezichtigen. Wat verder in de straat verfrissen we ons aan de Augustinerfontein met een kleurrijke basilisk, een mythisch reptiel met een hanenkop, slangenlijf en drakenvleugels. Basilisks zie je overal in de stad en ze dragen steevast het wapenschild van Bazel. Maar de legende dat stad z'n naam dankt aan dit fabelachtige creatuur, is al lang achterhaald. 


De Basler Münster is een mooie mix van romaanse en gotische bouwelementen.

We volgen de Rheinsprung naar een van mooiste pleinen van de hele stad: Münsterplatz, waar we  op adem komen op het kleine terras van Museumbistro Rollerhof. We drinken er koffie in de schaduw van de Basler Münster, die als een trotse diva boven de stad uittoornt. Aan dit monument, waarvan de twee torenspitsen de skyline van de stad domineren, werd meer dan 500 jaar gewerkt. We zien zowel laatromaanse als gothische stijlelementen. Van de verbluffend mooie Galluspoort, aan de noordzijde van het transept, gaat ons architectuurminnend hart een stuk sneller slaan. 

De Galluspoort van de Basler Münster is het oudste romaanse beeldhouwwerk van Zwitserland.

De Galluspoort is het oudste romaanse beeldhouwwerk van Zwitserland én van het hele Duitstalige gebied. Binnenin de kerk zien we nog meer romaanse bouwelementen in o.a. de ronde bogen van de galerijen en de lichtbeuken van het schip. Ook het Apostelbord en Vincentiustablet uit het begin van de 12e eeuw zijn een schoolvoorbeeld van romaanse beeldhouwkunst. Bij het verlaten van de crypte lopen we tegen het graf van Erasmus van Rotterdam aan. Erasmus woonde en werkte vele jaren van z'n leven in Bazel en hij stierf er in 1536. Het feit dat hij als overuigd katholiek een ereplaats kreeg in een gereformeerde kerk, bewijst het enorme respect dat ze voor hem hadden in Bazel.

"Van de verbluffend mooie Galluspoort, aan de noordzijde van het transept, gaat ons architectuurminnend hart een stuk sneller slaan."


De Basler Fähren zijn een originele manier om de Rijn over te steken.

Alle wegen leiden naar de Rijn. Aan viewpoints is er in Bazel niet het minste gebrek, maar het mooiste uitzicht is zonder meer dat vanaf Pfalz, het kleine terras achter de Münster. We dalen er de trap naar de Rijnoever af, om met de Leu naar Kleinbasel te varen. De Leu is één van de vier Basler Fähren, kleine veerbootjes die aan een lange kabel over de Rijn pendelen. De veerman van dienst vertelt ons dat vanaf de middeleeuwen de Mittlere Brücke de enige manier was om van Grossbasel naar Kleinbasel over te steken. Door de sterke bevolkingstoename kwam er in de 19e eeuw vraag naar meer. 

Galgvissers hutten langs de Rijn.

Een knappe Bazelse kop - we zijn tenslotte in een universiteitsstad - kwam op het briljante idee om de sterke stroming van de Rijn als energiebron voor een pont te gebruiken. Vanaf halfweg de 19e eeuw werden de Basler Fährer dan op 4 verschillende plekken langs de rivier operationeel. Duurzaam transport dus, lang voor het hip werd. De Basler Fahrer zijn niet alleen een leuke manier om de Rijn over te steken, maar bieden tegelijk een mooi uitzicht op de Münster, de hutten van de galgvissers op de Rijnoever en de Mittlere Brücke waarover onophoudelijk trams donderen. Wanneer we aanleggen in Kleinbasel worden we meteen opgezogen in een soort ongedwongen everyday vibe. Alle wegen in Bazel lijken trouwens naar de Rijn te leiden, de rivier het mooie weer maakt.

"Wanneer we aanleggen in Kleinbasel worden we meteen opgezogen in een soort ongedwongen everyday vibe."

Basel Messe: Fenster zu Himmel, de nieuwe Instagramhit van Bazel.

Een venster op de hemel. Anders dan het mondaine Grossbasel, was Kleinbasel lang een arbeiderswijk waar zich vooral migranten uit Europa kwamen vestigen. Vandaag is het een buurt met trendy boetieks, high-end restaurants en een bruisend nachtleven. Met de tram trekken we naar Basel Messe, de nieuwe handelsbeurs, waarvan de overspanning van de City Lounge een echte Instagramhit werd: Fenster zu Himmel, een venster op de hemel. Dit architectonisch hoogstandje van Herzog & de Meuron is een natte droom voor elke creatieve fotograaf. Van een heel ander kaliber, maar niet minder fotogeniek, is de Rheinpromenade waar we automatisch enkele versnellingen lager schakelen. 

Zuid-Franse flair op de Rheinpromenade.

Aan de gezellige buvettes en bars langs de Rijnoever valt onmogelijk te weerstaan. Wij zakken onderuit op het terras van Kaserne, een oude kazerne omgebouwd tot een cultuurcentrum. We genieten er van frisse Zwitsers wijn en het zalige laidback sfeertje dat de promenade domineert. Er wordt petanque gespeeld in de schaduw van enkele stokoude lindebomen, bij de Rijnoever zitten jonge locals te chillen met hapjes en vooral veel drank. Rijnzwemmers drijven op hun kleurrijke wikkelvissen in bosjes voorbij. Rijnzwemmen is dé sport bij uitstek in Bazel en dat doen ze steevast op een wickelfisch, een drijvende zwemzak in de vorm van een vis die de kleren droog houdt. 

Jonge locals te chillen met hapjes en veel drankjes op de Rheinpromenade.

's Avonds dineren we op het terras van restaurant Krafft waar we met onze neus op de Rijn genieten van een geraffineerd driegangenmenu. Het sublieme uitzicht op Grossbasel aan de overkant, is inbegrepen in de prijs. De laatste moedige Rijnzwemmers drijven voorbij, de nacht valt, maar bedtijd is het op de Rheinpromenade allerminst. Op de terugweg naar ons hotel halen we onze camera's nog één keer boven op de Mittlerbrücke. De Rijn gaat in nachtmodus, Bazel wordt plots één groot venster op de hemel. 

"De Rijn gaat in nachtmodus, Bazel wordt plots één groot venster op de hemel." 

© DICHTBIJ & VER WEG 2024


BASEL PRAKTISCH:

Deze reportage kwam tot stand i.s.m. en werd gesponsord door: www.basel.com & myswitzerland.com

Vervoer: Zwitserland wil de meest duurzame bestemming ter wereld worden en daar dragen wij heel graag toe bij. Daarom kozen we voor de trein: vanuit Brussel met de ICE naar Keulen, vanuit Keulen is er met ICE aansluiting naar Basel. Meerdere ritten per dag. Reistijd: 6u22. Info & tickets: https://int.bahn.de/nl
Het transport terplekke (openbaar vervoer, tram, bus...) is gratis met de BaselCard die je bij elke overnachting in een hotel, b&b, hostel... automatisch krijgt. De kaart geeft verder 50% korting in vele musea, de zoo, evenementen, gegidste tours etc. Info: www.basel.com

Overnachten: Wij sliepen in Ibis Budget Hotel Basel City, een modern hotel met dito comfort vlakbij het station van Basel SBB. Op 100m van het hotel is er een tramhalte richting centrum, maar wandelen kan ook via b.v. Alban Tal. Info en reserveren: Ibis Budget Hotel Basel City
BAZEL, EEN BUITENBEENTJE AAN DE ZWITSERSE RIJN

Geen opmerkingen

Naam

E-mail *

Bericht *

-->