Vierwielaandrijving, 163 pk, zes versnellingen en tot op de tanden geëquipeerd: dat moet lukken. |
Goeie pad! Snel de papieren afhandelen, sleutels aanpakken en wegwezen is niet aan de orde als we onze huurauto afhalen in Windhoek. De 'korte' briefing over de auto waarmee we de komende twee weken de Namibische wegen gaan bestormen loopt uit tot bijna twee uur en pas na een korte test mogen we vertrekken. We onthouden: zachtjes remmen op gravel roads, bandspanning verminderen in de woestijn, dagelijks wielbouten checken, nooit in het donker rijden en bijtanken waar we maar kunnen. Met 163 PK, vierwielaandrijving en 6 versnellingen kan onze Toyota Hilux Raider 3.0 zowat elke situatie aan in dit veelzijdige land. De cabine en de laadruimte zijn voorzien van een overdruksysteem en we hebben twee benzinetanks, samen goed voor 125 liter brandstof. Voor noodgevallen hebben we een satelliettelefoon, een lange autokrik, een bijl, een infanterieschop, een tank met 30 liter water en een tent die we boven op de wagen kunnen monteren. 'Goeie pad!' wuift de bediende ons nog in het Afrikaans uit. We verlaten hoofdstad Windhoek in zuidelijke richting.
De schaarse tegenliggers hebben heel wat minder pk's dan onze jeep.
|
Eerste kleine wapenfeit: we steken de Steenbokskeerkring over. |
Bij het eerste rondpunt vermijden we nipt een rondje spookrijden. Links rijden is altijd weer even wennen. Maar het scherpt onze oplettendheid. De kracht van de jeep voelen we letterlijk tot in de toppen van onze vingers. Net voorbij Rehoboth noteren we een klein wapenfeit als we de Steenbokskeerkring oversteken. Tegenliggers zien we maar zelden. Af en toe een truck die ons kruist of locals met een zelfgemaakte kar getrokken door paarden, ezels of een combinatie ervan. Hún pk's zijn beduidend minder dan de onze. In Kalkrand nemen we gas terug als we een eerste keer het asfalt verruilen voor een gravel road. Meer dan 40 km rijden we door de parallelle rijen zandduinen die de Kalahari woestijn typeren. Hun rode kleur contrasteert dramatisch met de donkergrijze wolken die intussen zijn komen opzetten. Als we na een rit van 250 km de Zebra Kalahari Lodge bereiken, begint het te druilen.
"Met 163 PK, vierwielaandrijving en 6 versnellingen kan onze Toyota Hilux Raider 3.0 zowat elke situatie aan in dit veelzijdige land."
Giraffen gapen ons nieuwsgierig aan vanuit de wildernis. |
Kalahari, meet the San. Er zijn ergere plekken om op een maandagochtend wakker te worden dan in een lodge in het zuidwesten van de Kalahari. Vanuit onze kamer kijken we uit over het 10.000 ha. grote privé wildpark van Intu Afrika. Enkele giraffen gapen ons nieuwsgierig aan vanaf een waterhole in het uitgestrekte dorre steppeland met rode duinen, laaggroeiende acacia's en kameeldoorns. Na het ontbijt verkennen we de wildernis met de best denkbare gidsen, vier San bushmen, een van de oudste volkeren ter wereld die er behalve een vreemde klik-taal nog een eigenaardige gebarentaal op nahouden. Tijdens een korte voetsafari krijgen we een indrukwekkende demonstratie te zien van hoe dit natuurvolk onder de moeilijke omstandigheden van de Kalahari woestijn weet te overleven. Het kwartet is vandaag bijzonder opgewekt. De reden? Het heeft geregend. En water is nu eenmaal hun grootste bekommernis. 's Namiddags neemt een zwarte gids die heel ironisch naar de naam Fritz luistert, ons mee op quads voor een langere verkenning van de woestijn. We voelen de adrenaline stijgen als we door het rode zand scheuren en spotten tegelijk massa's dieren.
Meet the locals: San bushmen in de Kalahari woestijn. |
Met quads op verkenning door de Kalahari. |
We zien vooral veel zebra's, giraffen, springbokken en impala's, af en toe een eenzame gnoe en sierlijke spiesbokken, hét nationale symbool van Namibië. 'De Kalahari is eigenlijk een half-woestijn,' vertelt Fritz. 'Het is een van de oudste stukken land ter wereld dat zich uitstrekt over grote delen van Botswana, maar ook over Zuid-Afrika, Angola, Zimbabwe en het oosten van Namibië.' Het klimaat is er bijzonder extreem. 's Nachts kan het kwik stevig onder nul duiken, terwijl het overdag een stuk boven de 30° piekt. 's Avonds komen de dieren gewoon naar ons toe. Terwijl we op het terras van de lodge genieten van een lekker diner kijken we uit op de verlichte waterhole. Niet alleen giraffen, maar ook springbokken en zebra's zijn intussen in grote getale naar de drenkplaats afgezakt. Met dat zicht, de stilte die in de Kalahari heerst en een glaasje Zuid-Afrikaanse wijn erbij kan onze avond niet meer stuk.
"De immense Kalahari woestijn is een van de oudste en dunst bevolkte gebieden ter wereld."
Een landkaart is in Namibië efficiënter dan een gps.
|
Tsaris-Hoogte Pass, een van 's werelds spectaculairste wegen. |
Fata morgana #1 & #2. 's Nachts krijgen we onverwacht bezoek. Als we 's morgens opstaan blijkt er een schorpioen in de kamer te zitten. De wind die is komen opzetten heeft de beestjes uit hun stille modus gehaald en ze alle kanten opgejaagd. Ook door de gapende spleet onder onze kamerdeur. Na het ontbijt klimmen we weer de jeep in voor een 340 km lange rit naar de moeder aller woestijnen: de Namib Desert. Voor we vertrekken waarschuwt Fritz ons nog, want het grootste deel van het traject rijden we over gravel roads die er met de regen van vanmorgen erg nat bijliggen. Wanneer we voluit remmen, schuiven we erover als op ijs. Terwijl we met zijn goede raad in mind voorzichtig naar Mariëntal rijden, breekt de zon door de wolken. Het wordt snikheet en het grind droogt zienderogen. De rode duinen van de Kalahari verdwijnen langzaam uit het zicht, het landschap wordt ruwer en ook bergachtiger.
Le Mirage Desert Lodge |
In Mariëntal gooien we de benzinetanks vol en volgen we de C 19 richting Solitaire. De landschappen die voorbij schuiven zijn bijzonder mooi en ietwat surrealistisch tegelijk. Voor Maltahöhe zien we links afgeplatte bergen, die sterk lijken op kleinere versies van de Tafelberg. Het rijden op de gravel roads went langzaam en het zelfvertrouwen groeit. De weg is intussen helemaal opgedroogd. De dun gezaaide tegenliggers die ons kruisen laten een enorme stofwolk achter die ons helemaal verblindt. Na Maltahöhe gaan we de indrukwekkende Tsaris-Hoogte Pass op, een bergpas over grind met een gemiddelde helling van 6% en pieken tot 20%. Onze rijkunsten worden meteen aangescherpt op deze spectaculaire weg die - vooral bij regen - tot een van de gevaarlijkste ter wereld wordt gerekend. Minutenlang bewonderen we een indrukwekkende fata morgana die in de verte opdoemt bij de laatste afdaling. Als we na een rit van meer dan vijf uur onze bestemming nabij Sesriem naderen, doemt een tweede fata morgana op. Midden in de woestijn zien we een enorm middeleeuws kasteel. Het blijkt niet alleen echt, maar ook onze lodge te zijn die niet toevallig Le Mirage Desert Lodge heet.
"Onze rijkunsten worden aangescherpt op de Tsaris Hoogte Pass, een spectaculaire bergweg die vooral bij regen tot een van de gevaarlijkste ter wereld wordt gerekend."
Namib Desert: ondergrond checken en bandspanning verminderen.
|
Dune 45, een van de meest gefotografeerde duinen ter wereld. |
Onze eerste halte is Dune 45, de meest gefotografeerde en wellicht ook bekendste duin ter wereld die exact 45 km van de Sesriem Gate ligt. De zon klimt intussen langzaam hoger en kleurt de duinen van ivoorwit over abrikoos en oranje naar dieprood, dat fel contrasteert met de ovale zwarte schaduwvlakken. Het is een adembenemend spektakel waar we letterlijk stil bij worden. Net omwille van het licht zijn valavond, maar vooral de ochtenden het beste tijdstip om de woestijn te bezoeken. De duinen van de Namib Desert ontstonden miljoenen jaren geleden door zand dat de wind van de oceaan naar het binnenland blies. In de woestijn zelf waait de wind van alle kanten en sculpteert de duinen tot stervormige natuurfenomenen. Omdat het zand veel ijzeroxide bevat, hebben ze een mooie rode kleur. Met een hoogte van 86 m is Dune 45 eerder een bescheiden exemplaar, want sommige bereiken de 400 m kaap en zijn tot 30 km lang, waardoor ze tot de grootste ter wereld worden gerekend.
"Sommige duinen in de Namib Desert bereiken de 400 m kaap en behoren tot de hoogste ter wereld."
Leven in de grootste woestijn ter wereld: een stalkende woestijngekko... |
...en een stel ranke oryxen. |
Tweeblaarkanniedood en andere creaturen. Enkele kilometers voor de Sossus Vlei struint een stel oryxen de vlakte af op zoek naar voedsel. Als we stoppen om foto's te nemen krijgen ze plots het gezelschap van een groep struisvogels. In deze onherbergzame woestijn mogen dan amper mensen leven, dieren zitten er volop al moet je soms goed zoeken. Behalve struisvogels en oryxen leven er o.a. nog woestijnolifanten, jakhalzen, aardwolven, hyena's en springbokken. De woestijn is ook het habitat van een resem reptielen zoals dikvingergekko's en Namibische zandadders die zich met ogen bovenop hun afgeplatte kop perfect onzichtbaar kunnen maken in het woestijnzand, maar zelf alles haarscherp waarnemen. Hier zit het figuurlijk addertje dus in het zand. Veel dieren in de Namib Desert zijn in staat om water uit de mist te trekken die hier 180 dagen per jaar vooral 's morgens rondzweeft.
Ook planten overleven in de Namib Desert.
|
Ook zeldzame planten zoals de tweeblaarkanniedood (Afrikaans voor welwitschia), groeien in de Namib Desert. Dit wonder der schepping wordt gemiddeld 600 jaar oud en de oudste zou intussen de respectabele leeftijd van 20 eeuwen hebben overschreden. Als we terug naar de jeep wandelen, krijgen we onverwacht bezoek. Een woestijngekko volgt letterlijk elke stap die we zetten. Als we stoppen komt hij zich tegen onze schoenen aanvleien. Het beestje wandelt dapper mee tot aan de jeep en kijkt ons met grote vragende ogen aan alsof het wil zeggen 'ik wil mee'. Als we onze hand reiken kruipt hij erop en wil daarna van geen wijken meer weten. Het is een even grappig als hartverwarmend moment en het kost ons heel wat moeite om hem ervan te overtuigen dat hij toch beter af is zonder ons. Met tegenzin zetten we een punt achter een korte, maar intense vriendschap met een kleine woestijnbewoner.
"Een Namib gekko kijkt ons met grote vragende ogen aan alsof hij wil zeggen 'ik wil mee'."
Sossus Vlei. '4x4 only'. Enkel wagens met vierwielaandrijving mogen bij kilometer 60 verder de woestijn in. We nemen geen risico en laten wat bandspanning af, want vastrijden is wel het laatste dat we willen. De souplesse waarmee de jeep zich vervolgens door het losse woestijnzand trekt is ongezien. Na twintig minuten bereiken we de Sossus Vlei te midden van torenhoge duinen. Recht voor ons toornt Big Daddy boven het landschap uit, met 325 m de hoogste duin van Sossus Vlei. Namibiërs noemen hem ook wel eens Crazy Dune. De jeep gaat aan de kant en we trekken te voet door wat een van de mooiste plekken ter wereld heet. We beklimmen de 45% steile Big Mama terwijl onze voeten wegzakken in het rulle hete zand. Het is ontzettend vermoeiend, vooral met de hitte, maar het uitzicht vanaf de 300 m hoge rug maakt de inspanning meer dan goed. Het panorama over de golvende oranje woestijn waarin de witte Sossus Vlei ligt ingebed is ronduit adembenemend.
Dead Vlei, een van de meest fascinerende plekken ter wereld. |
De Sossus Vlei is een zout-en kleipan tussen de duinen die de Tsauchab rivier, die hier altijd droog staat, afblokken. Heel af en toe, wanneer het hevig regent in het Naukluft-gebergte, overstroomt de Tsauchab en loopt de Sossus Vlei onder water, wat bijzonder spectaculair blijkt te zijn. Vaak wordt Sossus Vlei ook gebruikt om het hele gebied aan te duiden, inclusief de bescheiden Hidden Vlei en de Dead Vlei, een van de meest fascinerende plekken op aarde en onze volgende stop in de Namib Desert. Als we door Dead Vlei wandelen, kunnen we onze ogen nauwelijks geloven. Het landschap is té surrealistisch om waar te zijn. En toch is het echt. Net als Sossus is ook de Dead Vlei een zout- en kleipan omringd door duinen. Maar wat haar zo uniek maakt zijn de dode camel thorns (kameeldoorns) die als grillige zwarte skeletten fel afsteken tegen de bleekwitte bodem en de oranje duinen. Sommige camel thorns zijn al meer dan 900 jaar geleden afgestorven, maar worden geconserveerd door de extreme droogte in de woestijn.
"Het landschap van de Dead Vlei is té surrealistisch om waar te zijn. En toch is het echt."
De Sesriem Canyon is de enige plek in de woestijn waar het hele jaar door water te vinden is. |
Losers. Hoewel de Sesriem Canyon een erg populaire bezienswaardigheid is, lopen we er helemaal alleen rond. Het is middag en de zon staat nu bijna pal in het zenith. In de achtergrond zien we de contouren van de Namib Desert waar enkel de schaduw van wat witte wolkjes nog voor een beetje nuance op de oranje zandduinen zorgen. We dalen af in de rotsachtige kloof die miljoenen jaren geleden werd uitgesleten door de Tsauchab rivier. De Sesriem Canyon is één kilometer lang, tot 30 m diep en op sommige plekken niet breder dan 2 meter. Het is de enige plek in deze uitgestrekte woestijn waar het hele jaar door water te vinden is, wat ontzettend veel dieren aantrekt.
Sesriem Canyon met de rode duinen van de Namib Desert op de achtergrond.
|
Na een spectaculaire wandeling met veel klim- en klauterwerk installeren we ons in de schaduw van een overhangende rots voor een kleine picknick. Ook hier krijgen we onverwacht bezoek, dit keer van een eenzame jakhals die duidelijk onze lunchpakketten heeft geroken. Als we naar het beest toe stappen om het op andere gedachten te brengen, rent het weg. We volgen het tot buiten de canyon waar het verdwijnt in de eindeloze woestijn, maar zonder buit. Jakhalzen worden in Namibië wel eens 'losers' genoemd omdat ze vaak naast een prooi grijpen. Meer dan eens moeten ze zich uit pure noodzaak tevreden stellen met wat vruchten die ze vinden, of erger, gewoon met gras.
"We krijgen onverwacht bezoek van een eenzame jakhals die onze lunchpakketten heeft geroken."
Tegenliggers zien we al van ver komen. |
Road to nowhere. Voor we in Sesriem beginnen aan de 300 km lange rit naar de oceaan, gooien we de benzinetanks vol en zetten we de banden terug op volle spanning. We volgen de C19 richting Solitaire, langs het 50.000 km grote Naukluft Mountain Park, met imposante bergen die de 2000 m kaap bereiken. In Solitaire volgen we de C14 naar Walvisbaai. We steken opnieuw de Steenbokskeerkring over, dit keer in noordelijke richting. Een eind verder slalommen we door de indrukwekkende Kuiseb Canyon waarna het landschap verandert in een eindeloze zee van bolvormige rotsen. Tegenliggers zien we niet meer. De bewoonde wereld laten we steeds verder achter ons.
Struisvogels lijken de enige bewoners van het uitgestrekte Kriess-se-rus plateau.
|
In Kries-se-rus rijden we door een uitgestrekte dorre vlakte waarvan struisvogels de enige bewoners lijken te zijn. Ze grazen stoïcijns verder als we stoppen voor een foto shoot, maar als we uitstappen nemen ze de benen. Letterlijk, want lopen kúnnen ze. Het uitzicht is fenomenaal, de stilte heerlijk. We zien er enkele kokerbomen, geen échte bomen, maar aloë-vera-achtige vetplanten die uitgroeien tot boomformaat. We rijden verder richting Walvisbaai en dan stopt het plots: vlakke woestijn, geen dieren of planten meer, enkel nog donkerbruin zand zo ver het oog reikt. Meer dan een uur rijden we langs een road to nowhere, door een desolate, monotone, bijna deprimerende vlakte. Het is dan ook een hele verademing als we tegen valavond Swakopmund bereiken, de 'koningin der Namibische badsteden'.
"We rijden verder richting Walvisbaai en dan stopt het plots: vlakke woestijn, geen dieren of planten meer, enkel nog donkerbruin zand zo ver het oog reikt."
Swakopmund Hotel. |
Zimmer frei. Swakopmund is een stad van tegenstellingen. Niet alleen de woestijn en oceaan versmelten er met elkaar, maar ook Afrika en Duitsland. Duitse kolonisten bouwden er een havenstad in 1894 die na WO I werd ingelijfd bij Zuid-Afrika. Pas met de onafhankelijkheid (1990) werd Swakopmund en bij uitbreiding de rest van het land op de kaart gezet als Namibië. In 1894 telde Swakopmund 19 inwoners, nu zijn het er meer dan 150.000. Vandaag is het een mondaine badstad en een populair vakantieoord bij zowel Namibiërs als buitenlandse toeristen. En de Duisters zelf? Die zijn massaal terug van nooit weggeweest. Als we de stad verkennen, lijkt het of we een tijdreis maken naar een Noord-Duitse badstad uit het interbellum. Overal horen we Duits, aan de B&B's hangen 'zimmer frei' bordjes en we drinken 'kaffee mit kuchen' in een typische konditorei. Enkel de zeepromenade met torenhoge palmbomen herinnert ons aan het feit dat we in de tropen zijn.
Hohenzollerhaus Swakopmund. |
Tijdens onze stadswandeling zien we nog statige huizen uit het begin van de 20e eeuw zoals het neo-barokke Altes Amtsgericht, het Wörmannhaus in vakwerkstijl en het elegante Hohenzollerhaus in Victoriaanse barok. Ook kunstgalerijen en shops vind je er volop. Swakopmund is dan ook de ideale plek om nog wat handige spullen in te slaan voor een tocht naar de Namib Desert. Op het strand staan we oog in oog met enkele robben die liggen te zonnen op rotsblokken in de oceaan. Want zeezoogdieren zie je hier volop. Vanuit het naburige Walvisbaai kan je zee excursies maken om walvissen, potvissen en dolfijnen te spotten. Swakopmund is ook de meest noordelijke plek waar je zwartvoetpinguïns aantreft. Slapen doen we in Swakopmund Hotel, het voormalige stationsgebouw uit 1901, eindpunt van de spoorweg die de stad ooit met Windhoek verbond. Voor weinig geld steken we er 's avonds een heerlijk driegangen menu achter de kiezen. Memorabel is het ontbijtbuffet waar we behalve de gebruikelijke dingen ook gebakken steaks of gebraad met aardappelen, mosselen, allerlei pasta's, gebakken vis, warme groenten en zelfs oesters a volonté kunnen eten. Das Füllhorn dus, te midden van allemaal Duitsers. Nooit eerder gezien, maar wij houden het bij een omelet met spek en wat croissants.
" In Swakopmund lijkt het of we een tijdsreis maken naar een Noord-Duitse badstad uit de jaren '30 van vorige eeuw."
© DICHTBIJ & VER WEG 2017
ROAD TRIP NAMIBIË PRAKTISCH:
Met Travel Lounge
zit je perfect als je naar Namibië trekt. Oprichter Olivier Van De Vijver woonde
er 10 jaar en kent het land als zijn broekzak. Elk jaar organiseert hij één groepsreis - in 2018 is dat van 16 tot 28 november - die bol staat
van de verrassingen en onvergetelijke ervaringen. Beleving is prioritair bij Travel
Lounge. Vorig jaar namen ze een Belgische topchef mee die voor de groep in de
woestijn kookte, maakte BV fotograaf Henk Van Cauwenbergh foto’s en aten ze o.a.oesters
op het strand. Dat alles kan ook georganiseerd worden op een individuele reis, volledig
op maat gemaakt. Een ding is zeker, je weet dat je Namibië – en bij uitbreiding
al hun andere bestemmingen- op een originele manier te zien krijgt. Plaatsen van de groepsreis zijn beperkt, dus
snel zijn is de boodschap. Info en boekingen op www.travel-lounge.be.
Er naar toe: Air Namibia vliegt zes keer per week vanuit Frankfurt rechtstreeks naar Windhoek. Doorvliegen kan naar o.a. Kaapstad, Maun, Vic Falls en Johannesburg. Prijzen vanaf 535 euro (+ taks): www.airnamibia.com
HUURAUTO:
Asco Car Hire: Grootste firma in zuidelijk Afrika gespecialiseerd in volledig voor camping uitgeruste 4X4 voertuigen, gelegen in Windhoek. De jeeps zijn in perfecte staat en hebben alles aan boord om te overnachten in de natuur. Er zijn ook 4X4 kampeerwagens. Navigatiesystemen en satteliettelefoons kunnen extra gehuurd worden. Back-up 24/7. www.ascocarhire.com
WEETJES:
Formaliteiten: visum in niet nodig, wel een paspoort dat nog minstens zes maanden geldig is.
Geld: Betalen kan je overal in Namibië met Namibische Dollars of Zuid-Afrikaanse Rands die evenveel waard zijn. 1 Euro = 9,80 NAD. In de stadjes en benzinestations zijn ATM's.
Beste reistijd: Namibië heeft 320 dagen zon per jaar en kan dus het hele jaar door bezocht worden.
Gezondheid: Vaccinaties tegen DTP en hepatitis A worden aangeraden. Malariapillen nemen als je boven Etosha reist. Up to date info bij het Tropisch Instituut: www.itg.be
Geen opmerkingen